Studiegids

nl en

Nederlandse Migrantenauteurs in Azië

Vak
2012-2013

Toegangseisen

BA Nederlandkunde / Dutch Studies; BA Nederlandse Taal en Cultuur; BA Literatuurwetenschap

Beschrijving

Migrantenliteratuur is een recent en belangrijk verschijnsel in de Nederlandse literatuur, dat zijn opkomst beleeft in de jaren tachtig en negentig van de twintigste eeuw. Maar al veel eerder was er een groep die in veel opzichten gelijksoortige boeken schreef. Het gaat om Nederlandse schrijvers die in Azië deel uitmaakten van de Indische gemeenschap. Het waren kinderen uit gemengde huwelijken, nakomelingen van Europese en Aziatische ouders. ‘Indo-Europeanen’ werden ze genoemd, of – in het Engels – ‘Eurasians’. Zelf gebruikten ze ook wel de titel ‘Dutch Indonesians’ of ‘Indische Nederlanders’. In de Nederlandse literatuur vervullen ze voor een deel een overeenkomstige rol als de Engels- en Franstalige inheemse bevolking in het Britse en Franse koloniale imperium. Maar doordat zij in het voormalige Nederlands-Indië tot de Europese bevolking gerekend werden, is hun positie tegelijkertijd totaal anders. Die positie zorgt voor een gecompliceerde verhouding ten aanzien van de kolonisator en gekoloniseerde, waardoor zij een aparte plaats innemen in de internationale studie van de koloniale en postkoloniale literatuur.
Het doel van dit college is om kennis te maken met deze voorlopers van de latere migrantenauteurs. We zullen ons daarbij afvragen hoe hun werk gedefinieerd moet worden: in hoeverre past het in het bredere verband van de mondiale (post)koloniale literatuur en welke plaats neemt het in de Nederlandse letterkunde in. Het gaat hierbij om Indo-Europese schrijvers uit het voormalige Nederlands-Indië. Tot de auteurs die tijdens dit college besproken zullen worden, horen onder andere De-Lilah (pseudoniem van L. van Renesse), Louis Couperus, Victor Ido (pseudoniem van Hans van de Wall), Melati van Java (pseudoniem van M.S.C Sloot), Beb Vuyk en Vincent Mahieu (pseudoniem van J. Boon).

Leerdoelen

  • Kennis van en inzicht in de positie van de Nederlandse koloniale en postkoloniale literatuur

  • Kennis van de kernbegrippen en de theorie van het onderzoek naar (post)koloniale literatuur

  • Bijdrage aan de geschiedschrijving van de Nederlandse letterkunde.

  • Plaatsing van deze auteurs in een internationale context.

  • Het zelfstandig vinden en kritisch beoordelen van relevante wetenschappelijke literatuur, en het toepassen ervan (analyseren en interpreteren) op de Nederlandse (post)koloniale literatuur

  • Het houden van een referaat waarin bovengenoemde leerdoelen verwezenlijkt worden

  • Het schrijven van een werkgroepsscriptie waarin bovengenoemde leerdoelen verwezenlijkt worden.

Rooster

Maandag, van 13-15 uur. Zie collegerooster Nederlandkunde / Dutch Studies en het rooster van de opleiding Nederlandse taal en cultuur

Onderwijsvorm

Werkcollege

Toetsing

Notities (15 %), referaat (15 %) en werkstuk (70 %)

Blackboard

Voor studiehandleiding, voor mededelingen, voor het inleveren van opdrachten en werkstukken.

Literatuur

Met betrekking tot de theorie wordt o.a. bestudeerd;
Edward Said, ‘Introduction’, in: Orientalism, London, 1991 (Penguin Books), p. 1-28.
Elleke Boehmer, ‘The stirrings of New Nationalism’, in: Colonial and Postcolonial literature, 2nd edition. Oxford, 2005, p. 94-131 en ‘Metropolitans and Mimics’, in: Colonial and Postcolonial literature, 2nd edition. Oxford, 2005, p. 132-171.
Mary Louise Pratt, ‘Introduction: Criticism in the contact zone’, in: Imperial eyes, Travel Writing and Transculturation, 2nd edition. London, 2008, p. 1-12 en ‘Reinventing America/Reinventing Europe: Creole self-fashioning’, in: Imperial eyes, Travel Writing and Transculturation, 2nd edition. London, 2008, p. 169-194.

Met betrekking tot de primaire literatuur wordt in elk geval gelezen:
Melati van Java [ps. van N.M.C. Sloot], De familie van den resident, Leiden, 1875; Victor Ido [ps. van H. van de Wall], De paupers; roman uit de Indo-Europeesche samenleving, Amersfoort, [1915]; Caesar Kijdsmeir Jr. [ps. van A. Zimmerman], Goena goena, [Batavia], [1930] en Beb Vuyk, Het laatste huis van de wereld, Utrecht, 1939.

Overige literatuur wordt tijdens het college bekend gemaakt.

Aanmelden

Via uSis Met problemen en vragen kunnen studenten terecht bij het secretariaat: tel. 071 527 2233, mail:“dutchstudies@hum.leidenuniv.nl”:mailto:dutchstudies@hum.leidenuniv.nl

Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs

N.v.t.

Contact

Prof. dr. O. Praamstra