Studiegids

nl en

Historische letterkunde in het onderwijs: Theater in beweging

Vak
2017-2018

Joost van den Vondel was volgens gezaghebbende handboeken de grootste toneeldichter van de zeventiende eeuw. Toch gaat de publieksprijs naar een ander: de spectaculaire tragi-komedies van de Spaanse auteur Félix Lope de Vega y Carpio (1562-1635) waren ongekend populair. Het zeventiende-eeuwse theater in de Republiek is sterk beïnvloed door wat er in Spanje en andere Europese landen in de schouwburgen op de planken en in druk verscheen. Toneelauteurs, acteurs, actrices en boekdrukkers in de Lage Landen boekten grote successen met talloze vertalingen en bewerkingen van Spaanse stukken, vaak via vertalingen in het Frans. Op hun beurt waren de nieuwe Nederlandstalige ‘Spaanse’ toneelstukken weer succesvol bij het theaterpubliek in Duitsland en Scandinavië.

De eerste 7 weken behandelen we de vraag of de Nederlandse theatercanon zoals die is opgebouwd in onze standaardwerken representatief is, en met welke criteria en bias die tot stand is gebracht. Daarin bekijken we de positie van zowel canonieke als niet-canonieke werken, en de wijze waarop die behandeld zijn in de vaktraditie. Tegenover de traditionele vakbeoefening plaatsen we de nieuwe database ONSTAGE, en gaan we in op nieuwe mogelijkheden voor de vakbeoefening. Dit blok richt zich met name op studie van secundaire literatuur en primaire werken uit historische repertoire, en werkt toe naar een onderzoekspaper.

In het tweede blok van 6 à 7 weken stellen we de vraag hoe historisch theater kan worden ingezet in de praktijk van de hedendaagse samenleving, in het bijzonder op het gebied van het theater en van het onderwijs op de Nederlandse middelbare scholen. Daartoe maken we assessments van best practices, zoals van het project In Reprise, van de manier waarop theatermakers van nu producties en opvoeringen van historisch theater samenstellen, en van de plek die historisch theater in het traditionele onderwijs heeft gehad en beter zou kunnen gaan krijgen dankzij nieuwe media zoals de Vogala-app. Tijdens dit blok wordt van de studenten tevens verwacht dat ze toewerken naar een creatief eindproduct: de opwerking van (een fragment van) een historisch stuk naar gebruik in theater of klas. De gekozen fragmenten worden tot leven gewekt met verantwoording, beeldmateriaal, inleidingen en studio-opname.

Zie voor meer informatie op Masterlanguage